Oorgetuige #43: Sombere zondag. ‘Alles ter nagedachtenis aan jou…’, onze serie over Russische muziek van de 20ste eeuw, is gewijd aan Sombere Zondag en andere wendingen van de zon.
Sinéad O’Connor opent met ‘Gloomy Sunday’, uit haar album ‘Am I not your girl?’ met het motto: “Où est le roi perdu? (if you’re out there – I want to see you)”. ‘Gloomy Sunday’, ‘Sombere Zondag’, ‘Sombre Dimanche’, ‘Einsamer’ of ‘Trauriger Sonntag’, in het Russisch Mrátsj-no-je Vos-kre-sén-je, is een ballade uit 1935 van de Hongaars-joodse pianist Reszö Seress op tekst van Laszlo Javor. Hongarije leverde Seress uit aan nazi-dwangarbeid in Oekraïne die hij, anders dan zijn moeder, overleefde. Hij pleegde in 1968 alsnog zelfmoord door uit het raam te springen en zichzelf daarna in het ziekenhuis met een kabel te wurgen. Pjotr Lesjtsjenko zingt de oorspronkelijke Russische versie.
Dit lied wordt vaak verward met de werkelijke ‘zelfmoordtango’ uit datzelfde jaar, de Poolse hit ‘To ostatnia niedziela’ van Jerzy Peterburgski op tekst van Zenon Friedwald, letterlijk: ‘Dit is de laatste zondag’. Popster Pavel Michajlov introduceerde dit lied in Rusland als ‘Vermoeide zon’ (Oetom-ljón-no-je sóln-tse) met de staatsradiojazzband van pianist Aleksandr Tsfasman, die Michajlov nu begeleidt met een eigen jazzorkest.
Het lied ‘Vermoeide zon’ werd enorm populair en klonk ook in films zoals ‘Siberiade’, Kieślowski’s ‘Trois couleurs: Blanc’ en Spielbergs ‘Schindler’s List’. In Rusland circuleerden drie versies van het lied; Claudia Sjoelzjénko (foto) zingt de versie uit 1936 op tekst van Asta Galla, ‘Lied van het zuiden’.
Het lied was ook te horen in Andrej Michalkov-Kontsjalovski’s ‘Siberiade’, waarin diens broer Nikita een hoofdrol speelde. Als regisseur nam Nikita Michalkov het lied later mee naar zijn eigen film ‘Burnt by the Sun’ (1994), en gaf zo een speelse draai aan de titel. Hij speelt hier een machtige sovjetveteraan die een tankoefening in een korenveld tot staan brengt door direct te bellen met veldmaarschalk ‘Misja’ Toechatsjevski. Aan het slot wordt hij verraden en geconfronteerd met de wrede werkelijkheid van de jaren dertig.
De ‘Rode Napoleon’ Toechatsjevski was een van de slachtoffers van de showprocessen tegen de legertop; hij werd in 1937 op gruwelijke wijze doodgefolterd. Een van de getuigen à charge was veldmaarschalk Kliment Vorosjílov, in het Politburo belast met militaire zaken en boezemvriend van Stalin (foto). Michail Ippolitov-Ivanov componeerde in 1933 een jubileummars voor hem bij zijn dertigjarig lidmaatschap van de communistische partij.
Wij vervolgen met de ‘Dans van de narren’ uit de balletmuziek bij ‘Tijl Uilenspiegel’ uit 1936 van Maksimilian Steinberg, de compositiedocent van onder meer Sjostakovitsj, Oestvolskaja en Sjaporin. Het Leningrads Filharmonisch Orkest staat onder leiding van Jevgeni Mravinski.
Mravinski volgde Nikolaj Malko in 1938 op als chef-dirigent en hij zou dat blijven tot zijn dood in 1988. Daarmee hoort hij met Willem Mengelberg, Ernest Ansermet en Eugene Ormandy tot een select, illuster groepje dirigenten die een halve eeuw voor hun orkest stonden. Veel Russische componisten droegen in de loop der jaren werk aan hem op. Vadim Salmanov deed dat met zijn eerste en laatste, vierde symfonie. Mravinski zette alle vier de symfonieën van Salmanov op de plaat (foto). U hoort de Eerste Symfonie uit 1952, uitgevoerd door het Leningrads Filharmonisch Orkest onder leiding van Jevgeni Mravinski.
Van Sjostakovitsj zou Mravinski in de loop der jaren een hele reeks orkestwerken in première brengen. Dit geldt echter niet voor de Vierde Symfonie uit 1936, die de componist na het vernietigende artikel in de Pravda in een la had opgeborgen. Pas een kwart eeuw later deed de artistiek directeur van het Moskous Filharmonisch Orkest, Moisei Grinberg, aan dirigent Kirill Kondrasjin het voorstel om het werk uit te voeren. Zij konden slechts beschikken over een uittreksel voor ‘quatre mains’. Kondrasjin ging daarmee naar de componist, die de muziek twee dagen bestudeerde en de dirigent toen liet weten: “Kan gespeeld worden.” En dat gebeurde zonder een gewijzigde noot op 30 december 1961. U hoort een uitvoering uit 1962 van de Vierde Symfonie in cis, opus 43, door het Moskous Filharmonisch Orkest onder leiding van Kirill Kondrasjin.
1. Gloomy Sunday (L. Javor/R. Seress/Lewis, arr. Torrie Zito, 1992).
Sinéad O’Connor (geb. 8.12.1966).
Ensign 0946 3 21952 2 7.
2. Sombere zondag (Мрачное воскресенье; 1935).
Pjotr Lesjtsjenko (1898-1954), bariton.
Oriente RIEN CD 54.
3. Vermoeide zon (Утомлённое солнце).
Pavel Michajlov, tenor.
Mezjdoenarodnaja Kniga Moezyka MKM 210.
4. Lied van het zuiden (Песня о юге).
Claudia Sjoelzjenko (1906-1984), Michail Korik, piano.
RCD 26802.
5. Michail Michajlovitsj Ippolitov-Ivanov (1859-1935).
Jubileummars voor Vorosjilov, opus 67 (1933).
Armeens Filharmonisch Orkest olv. Loris Tjeknavorjan.
ASV CD DCA 1102.
6. Maksimilian Osejevitsj Steinberg (Vilnius 4.7.1883 – Leningrad 4.12.1946).
‘Dans van de narren’ uit balletmuziek ‘Tijl Uilenspiegel’ naar Charles de Coster (1936).
Leningrads Filharmonisch Orkest olv. Jevgeni Mravinski (1903-1988).
Brilliant Classics 8593.
7. Vadim Nikolajevitsj Salmanov (Petersburg 4.11.1912 – Leningrad 27.2.1978).
Symfonie nr. 1 in d (1952): a) Largo. Allegro, b) Andante non troppo, c) Presto.
Leningrads Filharmonisch Orkest olv. Jevgeni Mravinski (1903-1988).
IML CD073/74.
8. Dmitri Dmitrijevtisj Sjostakovitsj (1906-1975).
Symfonie nr. 4 in in cis, opus 43 (1936): a) Allegro poco moderato, b) Moderato con moto, c) Largo. Allegro.
Moskous Filharmonisch Orkest olv. Kirill Kondrasjin (1914-1981).
Melodyia Aulos music AMC2-043-1-10.