Musica Maluku! Aflevering 25. Tradities en veldwerkopnamen – De Hobbelcollectie, deel 2
Musica Maluku! is een serie uitzendingen over de muziek van Maluku en Molukkers in Nederland. Over folklore, vis-en vaarliedjes, islamitische rituelen, kerkkoren, krijgsdansen, indorock en experimentele pop.
In deel 25 een dwarsdoorsnede van opnamen uit de zogenaamde Hobbelcollectie, met name de zuid-oost Molukken.
De ‘Hobbel’-collectie is een verzameling van 77 grammofoonplaten, met interviews en muziekopnamen, opgenomen in de periode 1948-1949, voornamelijk in verschillende plaatsen van de midden- en zuidoostelijke Molukse eilanden. De verzameling is eigendom van het Koninklijk Instituut voor de Tropen te Amsterdam (KIT) en sinds 1999 gedeponeerd bij het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid te Hilversum.
De toenmalige KIT-conservator muziek, Jaap Kunst (1891-1960) kreeg de collectie in 1950 aangeboden door J. Hobbel. J. Hobbel was luitenant, verbonden aan de Dienst Legercontacten en als zodanig de contactman tussen leger en omroep. Hobbel bemoeide zich onder meer met de programma’s voor de strijdkrachten (zoals groeten van en naar militairen). Het ministerie van Defensie faciliteerde en verstrekte opdrachten aan de ROIO (Radio Omroep In Overgangstijd), opvolger van de NIROM (Nederlandsch Indische Radio Omroep). De interviews en de opnamen zijn gedaan door Martin de Groot, werkzaam bij de omroep studio in Batavia aan het Koningsplein.
De muziekopnamen uit de ‘Hobbelcollectie’ omvatten zowel traditionele als moderne muziek, instrumentaal en vocaal uitgevoerd. Opgenomen zijn rituele gezangen, krijgsdansen, lagu Ambon, menari, katredji, krontjong, dansliederen, vis-en vaarliedjes, Nederlandse liederen (waaronder marsen), kerkliederen, koorgezangen, kinderliedjes, en instrumentale stukken (totobuang-tifa, fluitorkest, en ensembles). Naast muziekopnamen bevatten de platen ook inleidende radio-praatjes met pauzes voor muziekvoorbeelden en toespraken ter gelegenheid van festiviteiten op Ambon rondom het 50-jarig regeringsjubileum en de kroning van koningin Juliana in 1948.
De opnamen zijn gemaakt op de eilanden Ambon (Ambon, Seilale, Hatalai, Tawiri, Mahia, Tulehu), Aru (Dobo), Babar (Tepa), Bali, Banda, Kai (Elat,Tual), Manawoka (Amarsekaru), Saparua (Saparua, Ihamahu, Paperu), Selaru (Adaut), Tanimbar (Larat, Saumlaki), en Irian Jaya (Fakfak).
Het grootste deel van de opnamen is gemaakt in de centraal Molukken (Ambon en Saparua). Daar is de invloed van de Westerse muziek duidelijker in de krontjong, de kerkmuziek en de vele opnamen van dansliedjes, waaronder walsen, militaire marsen en quadrilles.
De meeste opnamen van traditionele muziek, meestal begeleid op trom(men), eventueel met gong, zijn gemaakt in de zuid-oost Molukken. In de zuid-oost Molukken wordt veelal gezongen in lokale talen. In de centraal Molukken is de taal vooral hoog Maleis of Moluks Maleis. Op basis van de teksten zijn de liederen in te delen in vis- en vaarliedjes, dansliederen, gelegenheidsliederen, kerkliederen, rituele liederen en merantau-liederen. Uit de inhoud van de liederen over alledaagse gebeurtenissen spreekt de culturele context en geschiedenis.
Binnenkort zal het grootste deel van deze opnamen na restauratie worden uitgegeven op het Nederlandse label RMP.
Voor informatie: www.reinmusic.nl
MANAWOKA – Amarsekaroe
1. Welkomslied
2. Ku beresilé
KAI-EILANDEN – Elat
3. Larwul
4. Walwatar ewarf
KAI-EILANDEN – Tual
5. Saryat
6. Watalele
7. Agam rin bok-bok
8. Bekerja bersama-sama
TANIMBAR – Larat
9. Mana hunka kaoh
10. Trahar tanarva
TANIMBAR – Saumlaki
11. Angkos fian
12. Angkose
13. Dobol
SELARU
14. Ambon menari
15. Budjang manis
16. Lambose
17. Paduka Tuan
18. Pangajo
BABAR – Tepa
19. Hepri
20. Njearan Lutrieje