Arnold Schönberg (1874-1951) – Strijkkwartet nr.2, in fis-kl.t.,
opus 10 (1907-08)
- Mässig (moderato), 2. Sehr rasch, 3. Litanei, langsam,4. Entrückung, sehr langsam
Uitvoerenden: Leipziger Streichquartett, Christiane Oelze
CD: MDG
Anton Webern (1883-1945) – Langsamer Satz (1905)
Uitvoerenden: Emerson String Quartet
CD: DGG
Anton Webern (1883-1945) – Fünf Sätze für Streichquartett, opus 5 (1909)
- Heftig bewegt, 2. Sehr langsam, 3. Sehr bewegt, 4. Sehr langsam, 5. In zarter Bewegung
Uitvoerenden: Emerson String Quartet
CD: DGG
De vernieuwing in het Strijkkwartet in fis-kl.t., opus 10, is te vinden in de toevoeging van een sopraan in het derde (Litanei) en het vierde deel (Entrückung). Deze zingt teksten uit Der siebente Ring uit 1907 van de dichter Stefan George (1868-1933). Deze daad heeft overeenkomsten met het toevoegen door Beethoven van een koor aan zijn laatste symfonie. De vraag die we ons moeten stellen is of dit kwartet dan nog wel een kwartet is.
Schönberg beschouwde de zangstem als een onvermijdelijke noodzakelijkheid. Hij had met deze muziek namelijk een persoonlijke crisis te bezweren en de gedichten van Stefan George moesten daar uitdrukking aan geven. De crisis betrof de liefdesaffaire van zijn vrouw Mathilde met de jonge schilder Richard Gerstl (1883-1908).
De Langsamer Satz uit 1905 van Anton Webern is eveneens aan een liefde verbonden, namelijk voor zijn verloofde Wilhelmine Mörtl. In deze muziek is goed te horen dat Webern wist hoe hij een prachtige melodie moest schrijven. Hoe snel de ontwikkeling van de jonge Webern verliep, blijkt uit de Fünf Sätze für Streichquartett (opus 5) uit 1909. In amper vier jaar tijd transformeerde zijn muziek van tonaal en melodieus naar atonaal, contrastrijk, gecondenseerd en hyper-emotioneel.