Gaudeamus 2003: Stedelijk Museum

Patrick Saint-Denis (Canada):
Een componist die voornamelijk in geluidskunst en interactieve scenografie werkt. Zijn werken variëren van video-installatie tot grootschalige gerobotiseerde machines. Hij treedt regelmatig op in Montreal en in het buitenland, hetzij in concert, tentoonstelling of dansvorm. Hij is sinds 2010 docent audiovisuele compositie en physical computing aan de universiteit van Montreal.

Mauro Lanze (Frankrijk) :
“De basis van dit stuk is een reflectie op de relatie tussen muziek en taal. Wat mij in “muzikaal” opzicht in taal interesseert, is niet de retoriek, maar de vorm, het vermogen om de complexiteit te beheersen met een klein aantal begrijpelijke symbolen.”

Marius Baranauskas (Litouwen):
In zijn kindertijd en tienerjaren bracht hij zijn ideeën tot uitdrukking door middel van literatuur en fotografie, die vervolgens toegankelijker en gemakkelijker hanteerbaar leken dan het muzikale medium. Literatuur en fotografie behoren nog steeds tot zijn favoriete bezigheden, terwijl hij zich in de muziek bezighoudt met de nieuwe manieren om de grenzen van de verbeelding te verlengen door woorden te ‘vertalen’ in muzikale klanken en klankkleuren.

Ed Bennett (Ierland):
Zijn muziek, die in de pers wordt beschreven als ‘anarchistisch’ (Irish Times), ‘manisch’  (klassieke muziek) en ‘thrilling’ (grammofoon) wordt vaak gekenmerkt door zijn sterke ritmische energie, extreme contrasten en de combinatie van akoestische, elektronische en multimedia-elementen. Het werd onlangs beschreven in The Guardian als niet-classificeerbare, rauwe muziek met enorme energie en verbeeldingskracht.

Marko Nikodijevic (Servië):
De essentiële kern van zijn muziek werd al in een vroeg stadium duidelijk: de verkenning van fractale structuren, het uitgebreide gebruik van digitale technologie in het compositieproces(en steeds vaker ook in uitvoeringen), een gevoel voor stijl dat hem verbindt en tegelijkertijd distantieert van muziek van het verleden.

Jan Podlipny (Tsjechië): Geen informatie over bekend.

Oscar Bettison (Verenigd Koninkrijk):
Zijn werk toont een bereidheid om te werken binnen en buiten de grenzen van concertmuziek. Hij werkt graag met wat hij ‘Assepoester-instrumenten’ noemt, ofwel door percussie-instrumenten te maken of door andere instrumenten opnieuw te verbeelden, en door te schrijven voor instrumenten die gebruikelijker zijn in rockmuziek en de toevoeging van elektro-akoestische elementen.

Roderik de Man (Nederland):
Het oeuvre van De Man omvat een grote verscheidenheid aan werken: van muziek voor bigband, gamelanorkest, koor, kamer- en orkestmuziek met en zonder tape tot puur elektronische composities. In veel van zijn composities worden een of meer instrumenten gecombineerd met een elektronische tape, welke in zijn eigen studio wordt gerealiseerd. (tekst Wikipedia)

 Patrick Saint-Denis