Genres: Kunstlied | Muziek en literatuur
Componisten/uitvoerenden: Egmont Swaan | Hans van Eck | Harke Jan van der Meulen
Opnametechniek: Mark van Kempen
Diverse geluidsbronnen, diverse stijlen, diverse duren en diverse muziekfilosofieën. In drie stukken komt er een wereld aan Nieuwe Muziek langs!
Rond 2000 was de Amsterdamse Posthoornkerk een stedelijk brandpunt van Nieuwe Muziek. Het Muziekgebouw was nog niet open, aan de Ysbreeker kleefden praktische bezwaren, het BIMhuis was voor de jazz en in het Concertgebouw hoefde je met al te moderne muziek niet aan te komen. Er was plaats voor allerhande muziek, als het maar hedendaags was.
In dit concert horen we de open filosofie van de Posthoornkerk in één concert. We beginnen met een compositie voor geluidsband, die er opzichtig probeert niet te zijn. Veel geluiden op de band bestaan uit inspelende blaasinstrumenten, terwijl de zuiver elektronische geluiden vaak erg schaars zijn. Het publiek praat er rustig doorheen – en mag er ook rustig doorheen praten.
Bij Egmont Swaan moet het publiek wel luisteren. Naar Merel Huizinga, die de monoloog “Zonder lijnen” zingt. Zonder lijnen, dat betekent zoveel als vaag – en daarmee weet u wel waar u aan toe bent. De begeleiding is schaars in die zin dat er maar een paar instrumenten meespelen, maar die instrumenten krijgen wel meer dan genoeg te doen. Zodoende wordt het stiekem meer dan een monoloog: de instrumenten spelen ook een rol. De tekst wordt zelfs aan twee kanten geflankeerd door breed uitgesponnen trompetsoli, genaamd “Klaroen I” en “Klaroen II”.
Harke Jan van der Meulen laat een sopraan en een bariton in een statische, eerder liedachtige dan operatische opstelling zingen met enkel een piano als begeleiding. In zijn conceptuele benadering doet hij een beetje aan Egmont Swaan denken, maar meer dan een beetje ook niet. Van der Meulens interesse ligt veel meer bij het literaire. Zijn “Broken English” is gebaseerd op de roman “A word child” van Iris Murdoch. Over dit zware en complexe boek vol complexe personages raak je niet gauw uitgepraat. Van der Meulen laat een uur lang de personages zelf spreken.