Genres: Koormuziek | Romantiek
Componisten/uitvoerenden: Felix Mendelssohn Bartholdy | Franz Schubert | Ralph Vaughan Williams
Opnametechniek: Johan Ketelaar
Het koor werd, naast huismuziek op de piano, dé mode van de negentiende eeuw. Muziek werd steeds meer een religie, en in groepsverband zingen een belijdenis.
Dat muziek een soort religie werd, betekende niet dat de echte religie vergeten werd. Naast het zingen in de kerk werden ook buiten de kerk tal van religieuze liederen gezongen. Psalmen, gezangen, vaste Bijbelteksten. We horen hier religieuze zingmuziek van Schubert en Mendelssohn – twee iconen van de Biedermeiertijd, de een katholiek, de ander lutheraans. Het genre mag dan een oubollig imago hebben, als de liederen uit deze handen komen krijgen we er toch niet gauw genoeg van!
In de twintigste eeuw werd de Duitse koormuziektraditie vooral door de Engelsen nog zeer serieus genomen. Als Engels componist kwam je bijna niet onder die cultuur uit. Zelfs Vaughan Williams, die atheïst was, schreef boeken vol geestelijke muziek. Het heeft hem niet gedeerd dat hij de teksten, in het bijzonder het Credo, niet kon voelen. Zijn koorwerken blijven onverminderd populair.