Genres: Romantiek | Strijkkwartet
Componisten/uitvoerenden: Aleksandr Glazoenov | Alexander Borodin | Carl Nielsen | Dmitri Sjostakovitsj | George Gershwin | Jacob Gade | Nikolaj Rimski-Korsakov
Opnametechniek: Tom Dunnebier
Russen maken Russenmuziek, daar zijn vriend en vijand het over eens. Dankzij het Zapolskikwartet kunnen we deze stelling nu beter toetsen dan ooit.
In de negentiende eeuw ging Rusland meedoen aan de klassieke muziek. Maar klassieke muziek kwam uit Duitsland, Oostenrijk of Italië. Het grote, trotse Rusland voelde er weinig voor om die stijlen klakkeloos over te nemen. De muziek moest een Russisch tintje krijgen – wat dat dan ook moest inhouden.
In dit concert, deel van het Russisch georiënteerde Peter de Grote-festival, horen we een kwartet waaraan maar liefst vier Russische componisten hebben meegewerkt. Als er zoiets bestaat als een Russische stijl, dan horen we dat hier. Hoe dan ook vormt het werk een eenheid. Het is geschreven voor mecenas en amateurmusicus Mitrofan Beljajev. Zijn naam wordt, met een combinatie van Duitse en Franse notennamen, verwerkt tot bes-a-f (“B-la-F”) en die drie noten vormen de grondslag voor het hele stuk.
Nationale stijlen vind je niet alleen in Rusland. Ook in Tsjechië, Hongarije, Noorwegen en Spanje gaven componisten, vaak puttend uit de eigen folklore, hun nationale draai aan de door Duitsers gedomineerde traditie van de klassieke muziek. En in Denemarken? Dat is de vraag. Denemarken heeft niet echt een school van internationale uitstraling of een componist die heel nadrukkelijk naar een Deense stijl op zoek was. Het land heeft wel een bekend componist: Carl Nielsen. Zijn muziek op de grens van romantiek en een wat moderner idioom was destijds zeer populair. Of ze ook typisch Deens is? Wie zal het zeggen…
Dmitri Sjostakovitsj was ongeveer een tijdgenoot van Nielsen. Zijn muziek is de laatste dertig jaar ontzettend populair geworden. Ook zijn muziek wordt als ‘typisch Russisch’ beschouwd, maar met de Russen van de negentiende eeuw heeft hij weinig gemeen. De vurige passie heeft plaatsgemaakt voor introverte contemplatie en een hoop ironie. Het trauma van de Stalindictatuur, zegt de een. Persoonlijke aanleg, zegt de ander. Het is en blijft in elk geval muziek waarin Russen zichzelf herkennen: muziek vol van melancholie maar ook van humor, muziek die ook onder druk kan blijven bestaan en, desnoods onderhuids, zichzelf blijft.