Mendelssohn en de elfjes.
Mendelssohn was zeker geen nieuwlichter, maar wel een echt kind van zijn tijd. Sprookjes waren begin negentiende eeuw mateloos populair. Mendelssohn was bevriend met een van de meesters op het gebied van sprookjes, de Deen Hans Christian Andersen. En hij logeerde geregeld bij Goethe, die ook graag schreef over heksen, elfjes en bosgeesten. Maar toen Mendelssohn De Midsummernight’s Dream van Shakespeare had gezien stond het voor hem vast. Hij ging proberen de elfjes en de bosgeesten muzikaal gestalte te geven. En al doende werd hij zo toch nog een nieuwlichter. Door zijn toedoen kreeg het woord scherzo een nieuwe betekenis. We horen een flink aantal voorbeelden van zijn ragfijne componeerkunst.